Ga direct naar inhoud

Columns 2015 boswachter John Pietersen

Een keer in de twee weken schrijft boswachter John Pietersen een column voor de weekkrant het Witte Weekblad. Lees hieronder zijn verhalen over zijn belevenissen in de Nieuwkoopse Plassen!

Boswachter John Pietersen plaatst otterbord

Boswachter John Pietersen is geboren en getogen in het dorpje Noorden, pal aan de Nieuwkoopse Plassen. In dit gebied is hij dan ook als een vis in het water.

Meer boswachter John

Krijg je geen genoeg van boswachter John zijn belevenissen, inzichten, foto's van de Nieuwkoopse Plassen en wil je hem dagelijks volgen? Volg hem op Twitter!

......................................................................................................

16 december 2015

KERSTGEDACHTE

In het donker wandel ik nog even buiten, het is stil en absoluut niet koud.

Winter, kolganzen en smienten vliegen hoorbaar in de duisternis over. Niets in mij roept een wintergevoel op. Ik kijk naar de hemel en verbaas me over het aantal sterren. Het is bijna weer kerst besef ik me. Als in een sprookje denk ik aan de kerstdagen die geweest zijn maar ook aan de kerst die komen gaat.

Het was geen gemakkelijk jaar. Dit jaar staat er voor ons een extra ster aan de hemel. Maar zoals alle sterren…in het zicht en toch zo ver weg.

Ik ben daar zeker niet alleen in. Met een verlangen naar wat ooit was komen ze niet terug, degene die we missen. Tegelijkertijd denk ik ook aan degene die voor jullie en voor mij op ons pad kwamen. Die liefde, licht en troost brachten. Liefde kan uit verdriet geboren worden. Wat geweest is kun je niet meer overdoen maar zowel het heden als het verleden kun je delen, zonder te vergeten.

Met opgeheven hoofd ga ik de “feestdagen” in en ervaar een gevoel van toekomst. Ik wens iedereen mooie en zinvolle kerstdagen toe.

......................................................................................................

2 december 2015

ADEMTOCHT

Alles wat leeft heeft zuurstof nodig. Een zekerheid van het leven is dat het vroeg of laat zal eindigen, zoals we van de herfst de winter ingaan.

Zaterdagmiddag, ik word gebeld door een vriend die ernstig ziek is. Genezing is niet meer mogelijk. Hij vraagt me langs te komen. Even later zitten we samen en starten een intens gesprek. Ik geef hem halverwege een klein maar zeer persoonlijk cadeau. Klein gebaar. Onze ogen vol ontroering. Ik slik mijn woorden in. Bijna tegelijkertijd komen er twee rode zakdoeken tevoorschijn. Ruimte voor een lach. Herinneringen aan een moeilijk deel dat we samen liepen ontwaken. We delen hoe we die periode samen en afzonderlijk hebben ervaren. De rode draad van het leven. Tijd voor afscheid. Een omhelzing. Ik krijg de woorden mee “ik ben blij dat je m’n vriend bent geworden”. Voor mijn gevoel zakt de avondzon van het leven even weg. Mooie dingen zeggen over elkaar doen vaak na het leven maar bijna nooit tijdens… Ik ga naar huis en trek de deur achter me dicht. De wind voelt als een koude ademtocht van de natuur over mijn gezicht. Blij dat we vrienden zijn….het ga je goed vriend!

......................................................................................................

18 november 2015

OTTERLEED

Toen de otter terugkeerde in de Nieuwkoopse Plassen had ik er werkelijk geen rekening mee gehouden hoe groot de impact zou zijn op mijn persoonlijke leven. Ik belandde in een mediacircus van ongekende omvang. Het bleek wel mijn tak van sport te zijn, die ik tot op de dag van vandaag graag beoefen. Maar het is niet allemaal rozengeur en maneschijn. Woensdag, mijn telefoon gaat over. Aan de andere kant iemand van de gemeente met de mededeling dat er een dode otter gevonden is langs de Noordenseweg. Ik val even stil. Even later ben ik pijnlijk getuige van de eerste doodgereden otter in Nieuwkoop. Hoewel ik er niets aan kan doen, voelt het een beetje als falen. Maar het is beter om vooruit te kijken en te denken en niet teveel achterom. Denken in oplossingen. Naar lezingen en presentaties neem ik tegenwoordig een opgezette otter mee. Er klinkt een rauwe kreet en een krachtterm door het huis. M’n dochter is thuis. ‘Kan het hier dan nooit normaal? Overal waar ik kom zijn otters: achterin de auto, in huis, op tafel, op je werk…overal!’ Tja, het is inderdaad soms ook wel wat veel…maar niet minder belangrijk. 

......................................................................................................

4 november 2015

WOORDENSCHAT

Een paar jaar geleden liep ik met junior te wandelen in de bossen rond Bennekom. Het gesprek ging over van alles en nog wat, maar vooral over natuur. Bij het zien van twee zwarte spechten vroeg hij of hij even het pad af zou mogen om ze beter te bekijken. Bij terugkomst kreeg ik een uitvoerige beschrijving van de vogels. Het onderwerp veranderde en we raakten aan de praat over het fenomeen bos. “Ja”, zei hij, “er is ook een ‘mongolenbos’!” Ik keek hem aan en wist eigenlijk niet wat ik moest zeggen. “Ja echt, ik weet het zeker!” Na enig doorvragen bleek dat het over een bos ging dat regelmatig onder water liep. Dat had hij op tv gezien. Ah…een mangrovebos. Een hele opluchting. Met het vergroten van je woordenschat kom je dichter bij je gevoel en dus ook bij jezelf. Het dichter bij jezelf komen kan nog wel eens als beangstigend ervaren worden. Maar met woorden bereik je ook een vorm van humor die als bevrijdend beschouwd kan worden. We zitten aan tafel en junior schept op. “Zijn dit nu Alzheimer’s?” Onverwacht en onbedacht. Nee jongen, dit zijn nou Eigenheimers…  

......................................................................................................

22 oktober 2015

VLIEGANGST

Als je zo buiten loopt is de wisseling van het seizoen volop merkbaar. Bladeren verkleuren en paddenstoelen schieten overal massaal uit de grond. Herfst. Vogels gaan op trek. Zonder bagage of TomTom, maar wel met een bestemming. Vliegen is bij mij op zijn zachtst gezegd een beladen onderwerp. Ik ben van mening dat als ik zou moeten vliegen, ik ook wel vleugels gehad zou hebben. Maar ja…waar kom je dan? 

Zelf kom ik uit een tijdperk dat na de landing alle passagiers in een luid applaus losbarsten, en nog steeds naar mijn mening niet geheel onterecht. Er is een tweestrijd gaande in mij, want wil je ergens komen op deze wereld dan ontkom je er niet aan het luchtruim te verkiezen. Ik kijk naar de overvliegende vogels, balancerend op de wind, zonder angst en hoog in de lucht. Misschien heb ik een duwtje in de rug nodig, net als een jonge vogel. Maar goed, tot die tijd geniet ik wel van alles dat wel van nature in het luchtruim hoort. Jonge vogels vliegen ook niet direct. Ze hebben de aanmoedigingen en uitdagingen van hun ouders nodig. En zeg nou zelf…wie eigenlijk niet?

......................................................................................................

7 oktober 2015

TEMPES FUGIT

In een wat flauw avondzonnetje loop ik nog even buiten. Het is nagenoeg stil. Al snel wordt de stilte doorbroken door groepen spreeuwen die van alle kanten aan komen vliegen. Ze voegen zich samen om als één groep de nacht door te brengen. Duizenden vogels tot één verenkleed gesmeed. Een fantastisch schouwspel gaat van start, het dansen van een spreeuwenzwerm. Coördinatie in optima forma! Geen enkele vogel vliegt tegen elkaar aan. Dit komt omdat iedere spreeuw 6 à 7 andere spreeuwen tegelijkertijd in de gaten kan houden. 

Daarin verschillen we toch wel iets. Dat werd kort geleden weer pijnlijk duidelijk. Wij zijn niet echt bedreven in hele grote groepen. In een dergelijke panieksituatie zien we kans om onze medemens in alle wanhoop te vertrappen en het overzicht te verliezen. 

De voorstelling in een decor van de ondergaande zon is adembenemend en bijna onvoorstelbaar. Wat een choreografie onder leiding van de natuur. Mijn gedachten nemen een vlucht en ik bedenk me dat tijd een relatief begrip is waar geen ontkomen aan is. Je moet mee. De spreeuwen verdwijnen, tijd om samen te gaan slapen. Ook tijd om naar binnen te gaan. Tempes fugit… de tijd vliegt!

......................................................................................................

23 september 2015

HAR(D)T

Zittend in mijn stoel bedenk ik me dat we als mensheid in één ding toch wel zeer bijzonder goed geslaagd zijn en dat is ons leefgebied uitbreiden ten koste van alle andere levende soorten. De verstedelijking rukt op en ‘iets’ teruggeven aan de natuur doet in de meeste gevallen een hoop stof opwaaien. Maar met welk recht…?? We handhaven en overleven als een zeer succesvolle soort.We imponeren elkaar met prachtige outfits. Maar is dat niet een beetje afgekeken?

Vogels tonen hun mooiste verenkleed als de natuur hen daar toe roept. Dieren hebben een prachtige vacht en zijn bestand tegen de moeilijkste omstandigheden. En wij? Wij staan letterlijk in ons nakie en moeten ons behoorlijk kleden om geen kou te vatten. Als het helemaal niet lukt, trekken we een uniform aan om indruk te maken. En of het allemaal nog niet erg genoeg is roeien we elkaar als enige soort op aarde nog bewust uit ook. Maar zonder te vervallen in droefenis kun je schoonheid ook vinden in het hart van anderen. En dat hoeft helemaal niet zo ingewikkeld te zijn, zonder veel uiterlijk vertoon. Op een regendag samen even onder de paraplu, ’hoe is het nou met jou?’.

......................................................................................................

9 september 2015

LEEUW

Laatst was er een leeuw in het nieuws. Cecil. Geschoten met pijl en boog in Zimbabwe door een tandarts. Zomaar, zonder reden en voor veel geld. De man wilde kennelijk pronken met een mooi gebit, mede mogelijk gemaakt door een preparateur, voor in de wachtkamer.

Deze leeuw stond dagen lang in het nieuws. Afgelopen week, terwijl ons dorp in ruste was, voltrok zich een drama. Café Het Leeuwtje stond in brand. Zomaar, zonder reden. Aswolken fungeerde als tamtam. Een levenswerk en vast punt voor velen ging letterlijk in vlammen op.

Wij komen en verlaten deze wereld met niets. Dat is waar. In de tijd daar tussen bouwen we een leven op met materiele maar zeker ook met tastbare herinneringen. Deze zijn voorgoed in rook opgegaan. Je staat met lege handen, en ook al moet je het niet doen vraag je jezelf toch af… waarom? Hoe vurig kan het verlangen zijn naar wat eens ooit was, maar waarvan je ook weet dat sommige dingen nooit terug komen.

Ik hoop van harte dat Het Leeuwtje weer uit zijn as zal herrijzen, als vast punt in Noorden tegenover de kerk. Vanaf deze plaats wens ik de familie De Jong heel veel sterkte toe!

......................................................................................................

26 augustus 2015

RITUELEN

Achter het huis doet zich een verlaat voorjaarstafereel voor. Er is nog een nestje nijlganzen uitgekomen. Er sprinten 9 kuikens door het gras die het leven van hun ouders tot een hel maken. Ze rennen overal naar toe. Een tweetal is constant zelf op avontuur. Maar de kracht en onvoorwaardelijke liefde van moeder overtreft alles. Bij een bepaalde roep van haar luisteren ze ogenblikkelijk en hollen terug naar haar om vervolgens weer alle kanten op te stuiven. Ook ’s nachts gaat deze liefde door. Dat vind ik persoonlijk qua geluid dan weer wat minder. Er zijn ook andere moeders, neem nou de koekoek.  Zij legt een ei in het nestje van een iets te klein vogeltje en vertrekt om de zomer in Nederland op een ontspannen manier door te kunnen brengen. Op zondagochtend loop ik met mijn zoon altijd een rondje Binnenpolder. Het begint iets te waaien en de lucht trekt nu helemaal dicht. Wandelend met junior begint het zachtjes te regenen. De druppels tikken zacht op de bladeren van de bomen op het kerkhof in Noorden. Een mengeling van vocht op de wangen. ‘Mama hoeft vandaag denk geen water te hebben denk ik’ zegt junior. Nee jongen…vandaag niet. 

......................................................................................................

3 augustus 2015

SLAKKENGANG

Er is net weer een enorme bui gevallen. Over de straat kruipt een slak met het huisje op de rug. Juli tekende zich met storm, regen, tropische dagen en vooral met ‘voor het eerst deze eeuw…’. Ik heb alleen nog geen sneeuw gezien.

De slak kruipt tergend langzaam met zijn kleine behuizing voort. Alleen met eten zijn ze snel. Over de Voorweg rijdt een auto met caravan, waarschijnlijk op weg naar een vakantiebestemming. Naar de camping. Ik heb het kampeergevoel niet, terwijl ik dat als buitenmens wel zou moeten hebben. Ik moet bekennen dat het kluizenaarschap naar mij lonkt. Ik heb het niet zo op ‘met z’n allen’. Maar ik probeer te begrijpen waarom we in de vakantie aan kolonievorming doen in kleine behuizing. Sommige vogels zitten ook graag in kolonies, geven daar ruimte voor op, maar zeker niet voor de gezelligheid. Dat gaat om veiligheid en overleven. Zou dat het wellicht zijn…

Zwarte zaterdag. Je moet er toch wel heel veel over hebben op in slakkengang met tropische temperaturen massaal naar het zuiden te vertrekken. Thuis willen we groter, op vakantie juist niet. Dan gaan we met z’n alle naar buiten. Ik heb dat gevoel gewoon niet…

......................................................................................................

23 juli 2015

BANKZAKEN

Het was me nog nooit overkomen maar sinds kort heb ik het toch mogen ervaren. Een onthulling. Niet van mijzelf uiteraard, want dan kunnen de beelden als schokkend ervaren worden. Nee, een onthulling van een kunstwerk mag ik wel zeggen. Een bank. Na veel inspanning van de ondernemersvereniging om een bank te realiseren viel aan mij de eer ten deel om hem te onthullen. Waarom werd mij al snel duidelijk. Op de bank staat een schitterend natuurtafreel afgebeeld met in het midden niet de gebruikelijke ‘Noordense koet’, maar een otter! Een bank voor iedereen, maar in het speciaal voor de wat oudere dorpsbewoners. Vele van hen hebben op bijna dezelfde plek in de schoolbanken gezeten. Deze bank is om even te rusten en bij te praten.

Dieren rusten ook vaak op dezelfde plaats, dit wordt ook wel een roestplek genoemd. Ik wil de vergelijking met rust en roest helemaal niet trekken in relatie tot onze oudere dorpsbewoners. Of heb ik dat nu wel gedaan? Zittend op de bank word ik vanaf de weg vele malen aangekeken. Zou er wat zijn? Een moment van ernstige twijfel maakt zich van mij meester. Oh, ik begrijp het ineens…ik zit op een hele mooie bank.

......................................................................................................

6 juli 2015

PAALTJE

Zondagmorgen, de dag begint rustig. De eerste wielrenners passeren m’n huis. Binnen afzienbare tijd volgen er meer en meer. Er is een toertocht gaande. Helemaal niets mis mee.

Maar wat drijft mensen toch dat ze in hun vrije tijd zich willen verheffen tot bovenmenselijke prestaties? Het dierenrijk kent dat helemaal niet. Roofdieren komen alleen in actie tijdens de jacht, daarnaast wordt er veel geslapen. Er is geen dier of vogel dat voor de lol eens 50 km gaat rennen of vliegen. Alleen voor voedsel of als ze op trek gaan. Klinkt eigenlijk heel logisch. Zelf heb ik geen recht van spreken want ik beoefen geen enkele sport. De sportverenigingen zullen me daar waarschijnlijk dankbaar voor zijn, want ik voeg echt niets aan hun sportieve doelstellingen toe. Mijn moeder had een oom die soms hele dagen in bed verbleef. Als tegen hem werd gezegd dat zoiets niet goed was, antwoorde hij steevast met de woorden ‘slecht houtje wat van het liggen breekt’. Tja, wat zeg je dan? Hij is overigens bijna 100 geworden. Voor ons huis staat een ‘verkeersremmende maatregel’.  Luidkeels passeren vele wielrenners. Aan het einde van een turbulente zondag kan ik het woord ‘paaltje’ bijna niet meer horen….

......................................................................................................

22 juni 2015

KOET

Lopend over de Voorweg roept er een buurman. ‘Kijk jij eens, we hebben een probleempje’. Op het vlot van de slootkunst zit een koet. Tot zover niets aan de hand. Toen ik na een korte uitleg beter keek, zag ik dat de vogel nylondraad om z’n poten had zitten. Diep afgebonden en onderling verbonden. Het symbool van ons dorp zat er wat zielig bij. De vraag was wat te doen. Vaak vergeten we in bepaalde omstandigheden dat we ook zelf actie kunnen ondernemen. De buren hielden de vogel in de gaten en ik naar huis om een schepnet te halen. Teruggekomen ontstond het plan om de koet in de hoek te drijven en hem snel te vangen. Dat bleek makkelijker gezegd dan gedaan. In eerste instantie ging alles goed tot hij plots bedacht de kant op te klimmen. Hij snelde achter mij om. Geen tijd te verliezen en ik wierp het schepnet met enig geluk over hem heen. Mijn buurvrouw, met medische professie, verloste de vogel vakkundig met een schaar uit zijn benarde situatie. De poten werkten nog. Voor hij de vrijheid kreeg ‘bedankte’ hij mij terloops nog even met twee flinke halen van zijn poten en de vogel was gevlogen.

......................................................................................................

8 juni 2015

PLONS

Soms kom je in je leven voor het feit te staan dat je een keuze moet maken terwijl je die eigenlijk niet hebt. Dit in combinatie met de factor water ligt gelijk aan een nat pak. Water. We zijn er hier allemaal mee opgegroeid. De jongere generatie heeft al op zeer jeugdige leeftijd leren zwemmen als een vorm van zelfbehoud. Onze voorouders kende die “luxe” niet of nauwelijks. Toch werd er door die generatie volop gewerkt op en rond de plas. Een gezonken boot met vee waarbij de staart van een koe de reddende engel was voor de boer die niet kon zwemmen is geen uitzondering. Staand op de plecht van de boot, met een waarschuwing van de schipper, tuur ik over een legakker. Plots een paal onder de boot. Onvrijwillig onder invloed van natuurkundige krachten moet ik overboord. Uit de keuze op de schoeiing of het ruime sop kies ik voor het laatste. Ik beland in een groene onderwaterwereld die eigenlijk voor vissen bedoeld is. Rustig zwem ik naar de boot en wordt aan boord gehaald. Kleding droogt wel in de zon. Dan bedenk ik me iets waar ik 15 jaar geleden nooit aan gedacht zou hebben... m’n telefoon!!!

......................................................................................................

26 mei 2015

TIJD

‘Tijd heelt alle wonden’, zeggen ze. Sommige niet. Als ik een berk die ooit in een donkere nacht door de bliksem is getroffen eenzaam in het landschap zie staan, dan is het toch wel heel zichtbaar. Je kunt de spanning van dat moment bijna voelen. Tijd is een relatief begrip waar we in onze strijd om structuur namen aan hebben gegeven en een tijdspanne. De jaargetijden. Alleen de natuur trekt zich daar niets van aan en trekt haar eigen plan. Ik denk dan aan zeer koude nachten in mei en juni bijvoorbeeld. De tijd vliegt en de natuur gaat rustig voort. Seizoen na seizoen, zonder druk van de klok. Vogels en dieren hebben daar kennelijk geen last van. De bosuil zal het geheim van de dag niet ontrafelen net zo min als de ijsvogel het geheim van de nacht. Tijd is ritme, en wat is ophouden met ademen anders dan het bevrijden van tijd? Gebouwen die ik als kind gebouwd heb zien worden, worden gesloopt en dingen die uit de natuur verdwenen waren komen terug. De wereld om ons heen verandert snel en we moeten zuinig omgaan met de natuur die er nog rest. En verder?

De tijd zal het leren…

......................................................................................................

5 mei 2015

TWIET!

Op straat komt mij een fietser tegemoet. Hij is kennelijk in een goede bui want ik kan hem al van ver horen zingen. Vogels zingen ook. Maar die zingen niet omdat ze zo blij zijn. Vooral de mannen willen door hun zang laten weten dat die plek is ingenomen en om de aandacht te trekken van een vrouwtje. Zo communiceren ze met elkaar en wij mogen daar van genieten. Ik denk terug aan een gesprek wat ik laatst met iemand had. Na enige tijd pakte deze persoon, nadat de aandacht werd getrokken door een vogelgeluidje, zijn mobiele telefoon. Een paar tellen later was hij er compleet in verdwenen. Een oh…oh ja. en echt waar…daar moest ik het verder dan maar mee doen. We kunnen er blijkbaar niet meer buiten. We hebben elkaar zoveel te zeggen?! De man passeert me en ondanks dat hij opgaat in zijn zang, groet hij me. Het kan dus toch. Of zijn we bang voor directe communicatie en kiezen we liever voor het veilige toetsenbord. Vogels geven ons een prachtig voorbeeld. Ze laten zich zien en zingen luid in een rechtstreeks duel met elkaar. Sociale media…ik weet het niet…is dat woord nou wel zo goed gekozen??

......................................................................................................

9 april 2015

VOGELVLUCHT

Meerdere malen in mijn leven heb ik het geluk gehad om de vlucht van een arend te mogen aanschouwen. Die van de vis- en de zeearend om precies te zijn. Vol bewondering heb ik gekeken naar de majestueuze en krachtige verschijning boven water en land. Genietend van z’n vrijheid, de ruimte en de wind. Je voelt je toch wel zeer beperkt als mens als je beseft met welke kracht en ontwikkelde zintuigen ze overvliegen. Dat maakt ze ook kwetsbaar en afhankelijk. Van grote hoogte storten ze zich onverschrokken op hun prooi om na een korte worsteling weer op te stijgen. Keer op keer steeg ze weer op, uit het diepste dal. Maar als de krachten afnemen, je niet meer op de zintuigen kunt vertrouwen wordt de vlucht zwaar. In iedere ziel schuilt een arend, die diep in de afgrond kan afdalen maar er weer hoog en verheven bovenuit kan stijgen. Mijn ‘Arend ‘ daalde voor de laatste keer af, maar had de kracht niet meer om op te stijgen. Voor m’n ogen verdween ze voor altijd over de horizon. Wat blijft is de liefde en dierbare herinneringen….voor altijd

Melinda Pietersen - van der Arend  25-12-1969 - 30-03-2015

......................................................................................................

2 maart 2015

AANGEBOREN

Herrie in de tuin. Vanuit het niets scheert er een sperwer onder de pergola door en verdwijnt weer net zo snel als hij verscheen over het dak van de buren. Alle vogels zijn stil of zelfs verdwenen uit de tuin. Zij herkennen het silhouet van een roofvogel uit alles wat voorbij vliegt. Een aangeboren talent. Ooit hadden wij thuis een knalgele kanarie. De kooi stond in de vensterbank voor het raam. Bij het verschijnen van een havik aan de andere kant van het raam, viel het beestje letterlijk spontaan van zijn stokje. Op zijn rug, pootjes in de lucht. Even later kwam hij gewoon weer bij. Ook de niet wilde vogel heeft dit waarschuwingssysteem in de genen meegekregen. Uiteindelijk werd de aanblik van een tante van mij hem fataal. Toeval?

Aangeboren angst. Is dat de sleutel om te overleven in de natuur? Inmiddels is de rust in de tuin weer teruggekeerd alsof er niets gebeurd is. Maar ze blijven alert! Ook wij kennen onze angsten die we meegekregen hebben. Hoogte- en watervrees bijvoorbeeld. Restanten van een oeroud instinct om te overleven? Het zou zo maar kunnen. Alleen beredeneren wij tegenwoordig alles en doen minder op gevoel. Miskent talent?

......................................................................................................

16 februari 2015

HERINNERING

De temperaturen lopen buiten weer wat op en direct laten de vogels van zich horen. Zo ook de houtduif. Achter ons huis in de oude wilg zijn ze behoorlijk druk met elkaar. Het geluid van de houtduif neemt me mee naar m’n jeugd, logeren bij oma op het Zuideinde in Nieuwkoop.

Op Noorden in de bus stappen en tegen de chauffeur zeggen dat je er bij “de dikke boom” er weer uit moest. Dat begreep men toen nog. Oma woonde in een oude boerderij die vroeger werd gehuurd van Natuurmonumenten. In het zomerhuis erachter woonde de boswachter. Dat waren van die zekerheden. Voor het huis stond een monumentale rode beuk. Bovenin zat altijd een nest van houtduiven.

Oma sliep in de huiskamer, dus ik ook. Op de bank. Boven mij tikte de klok de tijd weg. Iedere morgen in alle vroegte werd ik gewekt door het geluid van koerende houtduiven. Soms tikte er ook een zwaan op het raam. Die vroeg zich af waar we bleven, het was immers allang etenstijd.

Het meeste is verdwenen. Zelfs de beuk is weg. Maar de mooie herinneringen aan die tijd zijn er nog. De goeie ouwe tijd….in dit geval wel.

......................................................................................................

26 januari 2015

VET!

Je hoort het tegenwoordig steeds vaker, we moeten als mens gezonder gaan leven. Minder vet en meer bewegen in het kort gezegd. Ik kijk naar buiten en zie de mezen aan de vetbollen bungelen.

Het blijft een leuk gezicht. Zij doen zich te goed aan hard vet met zaden. Een voor ons niet echt aan te raden dieet.

Onze lichaamstemperatuur is 37 graden, bij het vogeltje buiten is die 40. Een hogere verbranding dus. Daarnaast kunnen ze in een koude nacht wel 10% van hun lichaamsgewicht verliezen. Voor vele van ons een ideaalbeeld, maar voor een kleine vogel kan dat funest zijn. Het loopt bijna aan het einde van de middag en er komen steeds meer vogels in de tuin, die zich nog even vol eten voor een koude nacht. Onze voorouders aten ook veel vetter dan wat wij nu (horen) te doen. Maar ja, zij staken turf, baggerden een bok vol en sneden riet. Noeste arbeid.

Vele  beroeren tegenwoordig een “muis”, wat ook niet eens een echte muis is. De vogels pikken rustig door en de eerste verdwijnen al naar een veilig overnachtingsplekje. Ze doen goed hun best aan de vetbollen, morgen maar weer nieuwe kopen.

......................................................................................................

12 januari 2015

KONING WINTER

Tijdens mijn rondje wandelen om de Binnenpolder in Noorden waait de wind stevig door.

Op de Kerklaan is het nog even spannend. De aanwakkerende wind jaagt het water omhoog over het wandelpad. Zachte temperaturen en veel wind. Werkelijk uit niets is op te maken dat het hartje winter is. Winters met sterk ijs. Ik herinner me als kind dat ijs, sneeuw en strenge vorst bijna vanzelfsprekend was. Of beeld ik me dat in en wordt alles in gedachte mooier naarmate je ouder wordt?

Op de weg ligt iets waarvan ik niet weet wat het is. Ik loop er naar toe en raap het op. Het is een Winterkoninkje, slachtoffer van het verkeer. Een vogeltje van ongeveer 10 gram maar met een ongelofelijk stemgeluid. Eigenlijk klopt zijn naam niet. Het Winterkoninkje kan helemaal niet goed tegen de kou. In koude nachten kruipen groepen winterkoningen dicht tegen elkaar om warm te blijven. Met een strenge winter kan 75% van de populatie verdwijnen. Maar dit “Klein Jantje“, zoals ze ook genoemd worden had gewoon pech. Verderop zingt er nog eentje met zijn kenmerkende opgestoken staartje. Een afscheidsliedje misschien? Ik loop verder, genietend van de zang der levende natuur.