Ga direct naar inhoud

Natuurcompensatie Voordelta

Bij de aanleg van de Tweede Maasvlakte is 2455 ha onderwaternatuur verloren gegaan. In de verleende vergunning is de juridisch bindende voorwaarde opgenomen dat dit natuurverlies volledig moet worden gecompenseerd. Nu, veertien jaar na start van aanleg van de Tweede Maasvlakte, komen de gezamenlijke natuurorganisaties tot de treurige conclusie dat deze Natuurcompensatie Voordelta (NCV) nog steeds niet is gerealiseerd.

Maasvlakte II

Tweede Maasvlakte

In de Noordzee, ten zuiden van de Nieuwe Waterweg, is in 2008 begonnen met de aanleg van Maasvlakte II. Een enorm landaanwinningsproject in de Noordzee om uitbreiding van de Rotterdamse haven mogelijk te maken. Het Project Mainport Rotterdam (PMR), zoals de uitbreiding bestuurlijk is gaan heten, werd formeel in gang gezet met een Planologische Kernbeslissing in 2006.

In wetgeving en verleende vergunningen is vervolgens, en op advies van de Europese commissie  (pdf bestand), vastgelegd dat de natuurschade door de aanleg volledig zou moeten worden gecompenseerd. Ondanks deze juridisch bindende voorwaarde is veertien jaar later de teleurstellende conclusie dat de natuurcompensatie niet aantoonbaar is gerealiseerd. Dit wordt door de verantwoordelijke minister ook als zodanig erkend.

Compensatieafspraak

Voorafgaand aan de aanleg was duidelijk dat deze uitbreiding een grote impact zou hebben op de leefbaarheid, economie en natuur in de regio. Maatschappelijke organisaties, de gemeente Rotterdam, bedrijfsleven en overheid hebben daarom vroegtijdig afspraken gemaakt om overlast voor bewoners, de toename van milieuvervuiling en schade aan de natuur te beperken. Afgesproken werd om naast de wettelijk verplichte natuurcompensatie ook te investeren in de leefbaarheid, o.a. door de aanleg van extra natuur.

Visie en Vertrouwen

In een gezamenlijk convenant tussen alle betrokken partijen, dat werd ondertekend op 15 mei 2008 door; drie ministers, de burgermeester van Rotterdam, de gedeputeerde van Zuid-Holland en vertegenwoordigers van bedrijfsleven, havenbedrijf Rotterdam en natuur en milieuorganisaties zijn die afspraken vastgelegd. Afgesproken werd dat wat goed is voor de economische ontwikkeling van de haven ook goed zou moeten zijn voor de leefbaarheid in de regio en voor de natuur. Dat convenant, met de naam Visie en Vertrouwen  (pdf bestand), legde de basis onder verdere besluitvorming en vergunningverlening voor de aanleg van Maasvlakte II (MVII). Hierin zijn 35 verschillende afspraken opgenomen. De meeste zijn inmiddels naar tevredenheid afgerond of nog in uitvoering. Helaas is de Natuurcompensatie Voordelta daarop een negatieve uitzondering.

Natuurvernietiging

Door de aanleg van de MV II in 2008 is 2455 ha onderwaternatuur binnen het Natura 2000 gebied Voordelta verloren gegaan. De Maasvlakte is er simpelweg bovenop gestort. De Nederlandse overheid is wettelijk verplicht om dit verlies te compenseren. Tussen overheid, natuurorganisaties en Havenbedrijf Rotterdam is al in 2008 afgesproken dat de compensatie zou worden gerealiseerd in de Voordelta door het instellen van een bodembeschermingsgebied  (pdf bestand) waarbinnen bodemberoering door visserij zou worden uitgebannen.

Schelpdierbanken

Op een ongestoorde zeebodem is de biodiversiteit hoog

De Voordelta

Voor de Nederlandse kust, ten zuiden van de Nieuwe Waterweg ligt de Voordelta. Deze kuststrook gelegen voor de provincies Zuid-Holland en Zeeland is N2000-gebied en in potentie rijk aan bijzondere natuur. 
Door het uitmonden van onze grote rivieren in zee is er veel aanvoer van voedingsstoffen. De zee is er relatief ondiep (licht dringt door tot op de bodem) en de permanent overstroomde zandbanken die er liggen kunnen rijk zijn aan bodemleven. 

Bijzondere natuurwaarden

Op ongeschonden permanent overstroomde zandbanken in de ondiepe kustzone komen bijna twee keer zoveel bodemorganismen voor als elders op de Noordzee. Er zijn meer dan 100 soorten die ten minste een deel van hun leven op de bodem doorbrengen, waaronder (larven van) wormen, vissen en kreeftachtigen. Ruim 150 soorten leven permanent in de bodem, waaronder borstelwormen, kleine kreeftachtigen, schelpkokerwormen, verschillende schelpdieren en zeesterren. Helaas is in Nederlandse kustwateren een ongestoorde bodem (met optimale biodiversiteit) bijna nergens aanwezig, simpelweg omdat er al te lang te intensief wordt gevist. Op een enkele plek waar lange tijd geen visserij heeft plaatsgevonden, zoals nabij de Brouwersdam, treft men wel een rijk bodemleven met schelpdierriffen en een uitzonderlijk hoge biodiversiteit. Dit laat zien wat er kan gebeuren bij langdurige en totale afwezigheid van bodemberoerende visserij.

Vissen

Als we naar de vissen kijken, is de gehele Nederlandse kustzone - waar de Voordelta deel van uitmaakt - verreweg het soortenrijkste deel van de Noordzee. Er leven soorten als pijlstaartrog, stekelrog en gevlekte gladde haai. Bovendien is de Voordelta, dankzij de ligging bij de monding van de grote rivieren, het belangrijkste zeegebied voor trekvissen zoals houting, zeeprik, zalm en fint. Dat belang is onlangs weer toegenomen, doordat de Haringvlietsluizen nu af en toe op een kier staan.

Vogels

Het hoge aanbod aan bodemdieren en vissen trekt het hele jaar door grote aantallen vogels. In winter en voorjaar verblijven hier roodkeelduikers, eidereenden en zwarte zeeëenden. Tijdens het broedseizoen, in het voorjaar en de zomer, zijn weer andere soorten in hoge aantallen aanwezig, waaronder kleine mantelmeeuwen, zilvermeeuwen, grote sterns, dwergsterns en visdieven. Vogels die o.a. broeden in de in langs de kust gelegen natuurgebieden van Natuurmonumenten. In de trektijd zijn vooral de droogvallende getijdengebieden van belang, zoals de strandvlaktes bij Voorne en Kwade Hoek. Op de zandstranden zijn dan veel strandlopers en plevieren te vinden. 

Zeezoogdieren

Het aantal zeezoogdieren in de Voordelta is niet vergelijkbaar met de Waddenzee, maar dankzij droogliggende zandbanken leven er wel groepen zeehonden (gewone en grijze). Van hieruit foerageren deze dieren over grote delen van de Noordzee. Ook de bruinvis is permanent aanwezig in de Voordelta.

Bot op de bodem

De Bot leeft op de bodem in de Voordelta

Wettelijke verplichting

Het natuurverlies door de aanleg van MVII moet worden gecompenseerd. Zo is wettelijk vastgelegd, ligt het besloten in de vergunning en was het onderdeel van alle besluitvorming en afspraken tussen de natuurorganisaties en overheid. Na instelling van het bodembeschermingsgebied in 2008 en meer dan 10 jaar monitoring is de conclusie van onderzoekers en overheden dat de natuurcompensatie niet is gerealiseerd.

Onderzoek biodiversiteit

Uit onderzoek uitgevoerd in opdracht van de overheid (pdf-bestand) blijkt dat, sinds 2008, de intensiteit van garnalenvisserij sterk is toegenomen (verzesvoudigd). Gevolg is dat de biodiversiteit in het gebied is afgenomen terwijl de exotische schelpdierensoort Ensis leei (Amerikaanse zwaardschede) is toegenomen. Deze soort gedijt wel bij veelvuldige bodemberoering (door het uitschakelen van concurrentie). Ook uit een literatuurstudie door Prof. Dr. Ir. Tjisse van der Heide, onderzoeksleider bij het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) en hoogleraar Kustecologie aan de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat bodem beroerende visserij een negatief effect heeft op de biodiversiteit. Die studie resulteerde in een uitgebreid artikel in Trouw (pdf bestand) over het het uitblijven van de natuurcompensatie. 

Toename garnalenvisserij

Sterke toename intensiteit garnalenvisserij in bodembeschermingsgebied. Overgenomen uit Syntheserapport PMR - NCV - 201902

Echte bodembescherming noodzakelijk

Het is duidelijk dat de huidige natuurcompensatie is mislukt en dat er meer inspanning nodig is. We kunnen niet nog eens halve maatregelen treffen. De natuurorganisaties willen daarom dat alle vormen van bodemberoering uit het bodembeschermingsgebied geweerd worden, zodat de rijke biodiversiteit zich permanent kan vestigen. Alleen dan krijgt de natuur echt de kans zich te herstellen en uit te groeien tot volwaardige compensatie voor de aanleg van MVII.

Dialoog

De afgelopen anderhalf jaar hebben we met overheden, Havenbedrijf Rotterdam en andere partijen om tafel gezeten om te bespreken hoe de natuurcompensatie wel gerealiseerd kan worden. De rijksoverheid heeft in deze periode echter geen concrete plannen op tafel gelegd. Daardoor duurt het veel te lang voordat er een oplossing is gevonden. Wij zijn dan ook zeer teleurgesteld en voelen ons genoodzaakt een juridische procedure te starten om de overheid te houden aan de veertien jaar geleden gemaakte afspraken.

Juridische procedure

Natuurmonumenten, Wereld Natuur Fonds, Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland, stichting Duinbehoud, stichting Noordzee, stichting het Zuid-Hollands Landschap en Vogelbescherming Nederland hebben samen op 25 augustus 2021 een handhavings- en wijzigingsverzoek ingediend voor de natuurcompensatie op de vergunning aanleg Maasvlakte II bij de minister van LNV.

  • In reactie daarop heeft de minister een ontwerpbesluit genomen dat op 15 december is gepubliceerd.
  • De natuurorganisaties hebben daarop een zienswijze ingediend op 25 januari 2022 in reactie op het ontwerpbesluit.
  • De minister heeft vervolgens d.d. 28-02-2022 een definitief besluit genomen dat identiek is aan het ontwerp besluit. 
  • De natuurorganisaties hebben d.d. 07-04-2022 beroep aangetekend tegen dit besluit bij de rechtbank Midden-Nederland.
  • Op verzoek van de natuurorganisaties heeft de rechtbank besloten over te gaan tot versnelde behandeling van deze zaak. De uitspraak volgde op 15 november: de natuurorganisaties wonnen
  • De minister heeft vanaf de uitspraak nog zes weken om een beter plan in te dienen en vier maanden om tot uitvoering van de natuurcompensatie te komen.