Ga direct naar inhoud
Nieuws

Kramsvogel, een mysterieuze broedvogel

22 mei 2017 | Anke Brouns

In het Zuid-Limburgse Geuldal broedt de voor Nederland als broedvogel zeldzame kramsvogel.

Kramsvogel, een mysterieuze broedvogel

Zijn aanwezigheid als broedvogel is nogal geheimzinnig. Er zijn nauwelijks gegevens bekend van broedgevallen voor 1960. Toename van de soort als broedvogel in de Ardennen, de Hoge Venen en het Rijnland zorgde er voor dat ook in Nederland de kramsvogel een opmars maakte. Deze was echt maar van korte duur. Van zo’n 800 tot 900 broedparen in de jaren ’80, daalde de populatie naar 15 tot 40 broedparen in 2013.

Wat deze afname veroorzaakt heeft is niet bekend. De dynamische aanwezigheid lijkt typisch te zijn voor de soort, maar mogelijk wordt dit versterkt door een veranderend landgebruik; het omzetten van bouwland naar grasland en het verdwijnen van boomgaarden en populierenbosjes. Mogelijk speelt het klimaat ook een rol. Alleen in Zuid- en Midden-Limburg broeden nog af en toe kramsvogels,

Schijtlijster

De kramsvogel is een buitenbeentje in de lijsterfamilie, waar ook onze welbekende merel toe behoort. Het is de enige die in kolonies broedt. De vogels zoeken veiligheid bij elkaar en waarschuwen elkaar met luid getsjak bij naderende vijanden. Kramsvogels hebben vooral te duchten van kraaiachtigen die op hun eieren en jongen uit zijn. Tegen deze rovers hebben ze een bijzonder verdedigingsmechanisme ontwikkeld; ze poepen op hun belagers. Je mag ze dan ook met recht echte schijtlijsters noemen. Vogelpoep bevat hoge concentraties ammoniak en is daardoor slecht voor het verenkleed van vogels. Een intact verenkleed is essentieel voor vogels; het zorgt er voor dat ze kunnen vliegen en beschermd hen tegen regen en kou. Het is hun kostbaarste bezit, en ze zijn er zuinig op.

Natuurlijke graslanden

In de broedtijd zijn er weinig bessen te vinden. Kramsvogels gaan in die periode dan ook op zoek naar ander voedsel. Dit bestaat voor een groot deel uit regenwormen. Deze bevatten bovendien meer en voor de jongen noodzakelijke voedingsstoffen. Ze zoeken vooral voedsel in natuurlijke graslanden. Daar is het bodemleven vaak van hoge kwaliteit en zijn dus veel regenwormen te vinden. Natuurmonumenten zet zich in voor het behoud van soortenrijke, extensief beheerde graslanden, waar niet alleen kramsvogels, maar ook heel veel andere soorten hun plek vinden.

Anke Brouns
Anke Brouns