Samen met vrijwilligers onderhoudt hij hier de oer-Hollandse poldernatuur. Of laat hij natuurliefhebbers tijdens een wandeling vanaf Rotterdam CS zien dat natuur overal is, ook in de stad! De column van boswachter Maurice Kruk verschijnt maandelijks in De Heraut, bijlage Goed Wonen.
Wereldwijd gezien leeft meer dan de helft van de mensen in de stad. Het verbaast velen, maar tegenwoordig geldt dat ook voor veel planten- en diersoorten. De soortenrijkdom aan planten en dieren is in steden zelfs hoger dan die van het landelijk gebied. Dat is zeker niet altijd het geval geweest, maar o.a. de enorme intensivering (hoge bemesting, gebruik bestrijdingsmiddelen) en schaalvergroting van de landbouw en toenemende infrastructuur hebben eraan bijgedragen dat de soortenrijkdom buiten de steden drastisch is afgenomen. Veel oorspronkelijke en karakteristieke soorten verdwijnen op termijn, terwijl enkele andere opportunistische soorten sterk in aantal toenemen. Zo gaan gebieden steeds meer op elkaar lijken, een proces dat wordt aangeduid als homogenisatie.
Maar hoe komt het nu dat de stad zo rijk kan zijn aan soorten, een verschijnsel dat je niet alleen in Nederland, maar overal ter wereld aantreft? In zijn boek ‘Darwin comes to town’ geeft evolutiebioloog Menno Schilthuizen van de Universiteit Leiden vier redenen voor een hoge soortenrijkdom in steden:
Het verbinden van buitengebied met groengebieden in de stad, kan de soortenrijkdom verder versterken. Het zou daarom mooi zijn als ook Rotterdam, in navolging van steden zoals Amsterdam, groene verbindingen tussen stad en land vorm en inhoud gaat geven. Zodat Rotterdam en het Rotterdams platteland ook echt een geheel gaan vormen.