Natuurinclusieve landbouw is een manier van boeren waarbij gewerkt wordt binnen de grenzen van de natuur. Boeren waardoor de biodiversiteit, de rijkdom aan planten en dieren, toeneemt. En de boer moet natuurlijk financieel goed rondkomen.
Natuurinclusieve landbouw is kort gezegd; een manier van boeren waar ook de natuur baat bij heeft, waarbij gewerkt wordt binnen de grenzen van de natuur. Boeren waardoor de biodiversiteit, de rijkdom aan planten en dieren toeneemt. Concreet betekent dit minder intensief gebruik van mest en krachtvoer; gewasbeschermingsmiddelen gaan helemaal of grotendeels in de ban. Er is aandacht voor een gezond bodemleven met genoeg bodemdiertjes zoals regenwormen, kevers, pissebedden en miljoenpoten, plus schimmels en bacteriën. Een gezonde bodem is een noodzakelijke basis. Een boer die natuurinclusief werkt heeft respect voor het landschap van de streek en probeert dit ook te verfraaien.
Wat is natuurinclusieve landbouw?
We onderscheiden 5 zaken waar een boer aan kan werken:
1) Duurzaam gebruik van natuurlijke voedingsstoffen (minder krachtvoer en kunstmest)
2) Geen of zeer beperkt gebruik van bestrijdingsmiddelen en medicijnen
3) Een gezond bodemleven
4) Biodiversiteit op het bedrijf
5) Oog voor het landschap dat past bij de streek
Kruidenrijke slootkanten, bloemrijkere grasvelden, natuurrijke akkerranden of landschapselementen als houtwallen, hagen, bomen en poelen versterken de natuur en het karakteristieke streeklandschap. Zo kan de boer het platteland herstellen tot een landschap vol bloemen, wilde bijen en vogels.
Overschakelen naar natuurinclusieve landbouw is niet eenvoudig. Veel boeren staan er open voor, maar eerlijk is eerlijk: het is niet altijd makkelijk. Boeren hebben vaak grote investeringen gedaan die zij moeten terugverdienen en zitten vast aan contracten. Daar hebben we begrip voor. Een financieel gezond boerenbedrijf is noodzakelijk. Alleen samen veranderen we het landbouwsysteem en maken we het verschil voor de biodiversiteit.