Lente, we kijken er naar uit! Hier en daar laten vroegbloeiers zich zien zoals gewoon speenkruid. Ook de katjes van de schietwilgen staan volop in bloei. Het wachten is op een echte vroegbloeier: de dotterbloem.
In De Wieden bloeien de dotterbloemen voornamelijk langs de vochtige oevers en in natte hooilanden. Zij vermeerderen zich met drijvende zaden. Door de stroming komen ze op allerlei plekken terecht. Erg handig in een laagveenmoerasgebied als De Wieden.
In het vroege voorjaar kleuren de dotterbloemhooilanden na de rietoogst intens dooiergeel. Met hun meer dan honderd meeldraden trekken ze vele insecten aan. Voornamelijk zweefvliegen, hommels, kevertjes en (honing) bijen.
Het bijzondere is dat wij als mens alleen de gele kleur van de bloemen zien. Bij bijen en hommels is dat anders. Naast geel kleurt de dotterbloem ook ultraviolet en die vermenging van kleuren zien hommels en bijen als purperkleurig.
De plek waar de nectar te vinden is licht geel op zodat ze precies weten waar ze moeten zijn. Een soort uithangbord van de plant. Zeer vernuftig dus. Het nectar waar de insecten dol op zijn bestaan voornamelijk uit vruchtensuiker en druivensuiker.
Goede plekken om in maart/april de dotterbloemen te zien zijn het Vlonderpad bij het Bezoekerscentrum De Wieden in Sint Jansklooster, de Veldweg te Wanneperveen en beide wandelpaden Veenweide-en Kiersche Wijdepad.