Ga direct naar inhoud
Nieuws

Nat voorjaar ideaal voor weidevogels

19 mei 2021 | Regina Brouns

“Een succesnummer dankzij onze samenwerking met de agrariërs”, zegt boswachter Ronald Messemaker als hij uitkijkt over De Bramen tussen Giethoorn en Wanneperveen. Een groep rondvliegende grutto’s onderstreept de stelling dat dit een van de beste weidevogelgebieden van de provincie is.

Grutto

Gedrag tijdens baltsen

“Een grutto kun je goed herkennen aan zijn gedrag tijdens het baltsen. Tijdens het ‘klapwieken’ roept hij zijn eigen naam”, vertelt Messemaker. Na terugkomst uit Afrika verzamelen ze zich eerst in grote groepen langs de grote rivieren. Daarna via de inlandse wetlands dicht bij hun broedgebied. Na de gewenningsperiode gaan ze op zoek naar hun partner.”

Plasdrassen van groot belang

Een kwartiertje weidevogels observeren aan De Bramen levert naast grutto ook kieviten, tureluurs, wulpen, zomertalingen en slobeenden op. “In de verte staan groenpootruiters en een witgatje. Die maken een tussenstop op hun reis van West-Afrika naar de Toendra. Ze vetten hier op en vliegen dan door. Die plasdrassen zijn dus van groot belang voor doortrekkende steltlopers.”

Samenwerking cruciaal

De ‘Nederlandse’ weidevogels zijn intussen volop aan het broeden. De kans van slagen in De Bramen is groot, omdat op deze locatie de omstandigheden goed zijn. Wij zorgen bijvoorbeeld voor een hoog waterpeil, waardoor op het weiland plassen ontstaan. “Een nat voorjaar zoals deze is natuurlijk ideaal voor veel steltlopers. In de drassige gronden kunnen ze goed aan voedsel komen. Verder brengen agrariërs in het voorjaar ruige stalmest op en zijn ze bereid om het maaien uit te stellen. Soms gaan ze pas in juni aan de slag. Ook wisselen we veel informatie uit. Die samenwerking is cruciaal.”

Samewerking in meerdere weidevogelgebieden

Ook in andere weidevogelgebieden in De Wieden, zoals de Barsbekerbinnenpolder, het Leeuwterveld en De Meerlanden bestaat die samenwerking. “In De Bramen is het aantal weidevogels de laatste jaren stabiel”, zegt Messemaker, terwijl hij kijkt hoe een groep kieviten een kraai het leven zuur maakt. Die massaliteit is een extra succesfactor. Een grotere groep weidevogels is meer opgewassen tegen predatoren.

Verstoring

Een van die predatoren is overigens de huiskat, voegt de boswachter toe. “Zelfs hier in De Bramen, toch ver af van de bebouwde kom, komen we die tegen. Daarom is de oproep van Natuurmonumenten: hou de kat tijdens het broedseizoen zoveel mogelijk binnen. En hou de hond aangelijnd als je in de natuur gaat wandelen. Ook die zorgt voor verstoring.”

Emancipatie

Messemaker vangt het geluid van een wulp op. “Die soort voert de emancipatie ver door…”, glimlacht de boswachter. “Na de eerste drie weken van gezamenlijke zorg laat het vrouwtje de opvoeding volledig over aan het mannetje. Zelf vertrekt ze dan richting het zuiden.”

Regina Brouns