Ga direct naar inhoud
Nieuws

Pioniervogels doen het goed op Marker Wadden

15 oktober 2019 | Natuurmonumenten

Ecologen Jan van der Winden en Camilla Dreef brengen voor Natuurmonumenten en KIMA alle soorten en aantallen broedvogels op Marker Wadden in kaart. Ze kijken terug op 2019, een afwisselend broedjaar met veel pionier- en moerasvogels.

Visdief

Voor het KIMA (Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden) doen de ecologen nader onderzoek naar drie soorten: kluut, visdief en dwergstern. Soorten die Marken Wadden echt hebben ontdekt. Maar er broedden ook een aantal verrassende soorten, zo bleek uit de tellingen. Vrijwilligers voerden van april t/m augustus de vogeltellingen uit. Jan en Camilla coördineerden de broedvogeltellingen.

Pioniervogels

"De kolonievogels en soorten die je overdag kunt waarnemen, hebben we goed in beeld", vertelt Camilla "In totaal zijn er 36 soorten geteld met een territorium of nest."

Een groot deel van de kolonievogels behoort tot de zogeheten pioniervogels, soorten die op kale grond broeden zoals visdieven en kluten. Om hun broedgedrag in kaart te brengen bezochten beide onderzoekers het gebied wekelijks. "We willen niet alleen weten om hoeveel vogels het gaat, maar ook hoe ze zich verhouden tot hun omgeving. Zijn er geschikte broedplekken? Vinden ze genoeg voedsel? Waar dan? Wat voor voedsel? Vliegen de kuikens uiteindelijk uit? Allemaal relevante informatie die van pas komt bij het beheer van Marker Wadden."

Kluten

Met 380 broedparen vormt de klutenpopulatie op Marker Wadden ongeveer zeven procent van de landelijke populatie, rekent Camilla uit. "Dat betekent dat er genoeg klein dierlijk voedsel in het ondiepe water en de bovenste sliblagen zit. De eilanden vormen bovendien een betrekkelijk veilige haven. Behalve enkele grote meeuwen en af en toe een slechtvalk zijn er op Marker Wadden geen rovers zoals vossen en ratten." 

Anders dan bijvoorbeeld visdieven voeden klutenouders hun kuikens niet. Ze gaan met ze aan de wandel en het kuiken moet zelf zijn kostje bij elkaar scharrelen. Camilla en Jan gingen na waar de kluten foerageren. "Ze zoeken hun voedsel in de waterrijke slibcompartimenten. Zodra een compartiment helemaal droogvalt, verkassen ze naar een ander compartiment, met kuikens en al."

Dwergsterns en plevieren

Broedende dwergsterns zijn schaars in Nederland. Bovendien vind je ze vooral in zoutwatermilieus, zoals de Waddenzee en de zeearmen van de zuidwestelijke delta. "Dat er zeven tot elf paren op Marker Wadden broedden is dus bijzonder." 

De onderzoekers hebben met de verrekijker de nesten opgespoord, de groei van de jongen gevolgd en de plekken waar ze voedsel zoeken in beeld gebracht. Ook zijn behoorlijke aantallen kleine plevieren (92 paar) en bontbekplevieren (54 paar) op Marker Wadden tot broeden gekomen. "Zulke aantallen geven aan dat Marker Wadden als broedgebied in Nederland een bijzondere positie inneemt."

Visdieven

Het zag er voor de visdieven aanvankelijk somber uit. De eerste broedgolf kwam laat op gang en de broedsels mislukten door verminderd voedselaanbod, met name spiering. "Al na een paar dagen legden de meeste kuikens het loodje. Maar een tweede broedgolf, waarschijnlijk deels van later gearriveerde vogels en deels van vogels die opnieuw begonnen, had meer succes. De visdieven schakelden waarschijnlijk over op andere vissoorten als voedsel. Het aantal broedpaartjes, 780 paar, lag weliswaar lager dan vorig jaar maar het aantal grootgebrachte kuikens bleef ongeveer gelijk."

Visdiefkuikens blijven niet in hun nesten zitten. Mede daarom hebben de onderzoekers een deel van de nesten afgeschermd, met een zogeheten enclosure. "Zo kunnen we de kuikens volgen tot ze uitvliegen", verklaart Camilla. "Ze krijgen een ringetje om de poot zodat we ze kunnen herkennen. Elke week meten en wegen we ze. Daarnaast maken we foto’s van aanvliegende visdieven met vis in de snavel. Dankzij een camera in de enclosure weten we wat ze aan hun jongen voeren. We beschikken nu over een goed gevulde database waarmee we kunnen vaststellen in hoeverre hun dieet is veranderd ten opzichte van vorig jaar. In november verschijnt een uitgebreid rapport waarin we deze en andere bevindingen op een rijtje zetten."

Meerkoeten en eenden

De toegenomen vegetatie in het jonge landschap trekt meer soorten en hogere aantallen watervogels dan vorig jaar. Acht soorten eenden bijvoorbeeld. Camilla: "Vorig jaar was er nog geen meerkoet te bekennen, in 2019 broedden er 46 paar. Dat komt waarschijnlijk door de grote hoeveelheid moerasandijvie, waar de watervogels beschutting vinden."

Onder de eenden bevond zich ook een verrassende ontdekking. Een paartje ijseenden had Marker Wadden gevonden. De vogels kwamen tot broeden, een primeur voor Nederland.

Bonte strandloper

Camilla en Jan kregen ook de zuidelijke bonte strandloper in het vizier, die vooral rond de Baltische Zee broedt. Camilla: "In een pol kamille troffen we vier groene eitjes met bruine spikkels aan. Bijzonder, want het laatst vastgestelde broedgeval dateert uit de jaren negentig."

Zangvogels

Op Marker Wadden zijn ook broedende zangvogels geteld, zoals de gele kwikstaart en de rietgors. Van de kleine karekiet, een liefhebber van riet, zijn twaalf broedparen waargenomen.

 

 

Natuurmonumenten