Ga direct naar inhoud
Nieuws

Unieke Zeeuwse vergezichten bedreigd

13 maart 2019 | Paul Begijn

Veel Nederlanders maken zich zorgen over het verdwijnen van bloemen, insecten en vogels in het buitengebied. Dat blijkt uit de Nationale Landschap Enquête van Natuurmonumenten uitgevoerd door Wageningen Environmental Research. Met ruim 45.000 respondenten, waarvan 1.562 uit Zeeland, is het de grootste publieksraadpleging over ons landschap ooit. Natuurmonumenten roept de politiek op om het landschap te beschermen bij het maken ruimtelijke plannen.

windmolens neeltje jans

Ruim 45.000 volwassenen en 1.600 kinderen vulden de enquête in. 81% van de volwassenen maakt zich zorgen over ontwikkelingen in het landschap waarin zij leven. Marc van den Tweel, algemeen directeur Natuurmonumenten: “Het valt mensen op dat ons landschap steeds stiller en kleurlozer wordt. Karakteristieke landschapselementen verdwijnen en bedrijventerreinen rukken op”. Ook de kinderen valt dit op: 76% maakt zich zorgen over het verdwijnen van dieren als vlinders, bijen, vogels en reeën.

Unieke Zeeuwse vergezichten bedreigd

De Zeeuwen waarderen het landschap iets boven het landelijk gemiddelde, maar ook de zorgen over hun landschap zijn bovengemiddeld hoog. In Zeeland is relatief weinig draagvlak voor windmolens op land. Meer dan gemiddeld waarderen Zeeuwen de stilte en duisternis. Frans van Zijderveld, provinciaal ambassadeur Natuurmonumenten Zeeland: “Hier is het nog echt stil, donker en weids. Maar het landschap staat ook hier onder druk. Willen inwoners en toeristen kunnen blijven genieten van de schoonheid van het Zeeuwse landschap, dan kan dat alleen als de politiek bij planvorming het behoud van de kernwaarden rust, weidsheid en duisternis, als randvoorwaarde stelt. Eens verloren is namelijk voor altijd verloren!” Mensen waarderen hun woonomgeving hoger als ze meer dieren, bomen, houtwallen en bloemen zien, blijkt uit het onderzoek. “Wilde bloemen geven kleur aan onze omgeving en voeding aan insecten. Ze vormen de onmisbare basis voor sterke natuur. Vorig jaar wees onderzoek uit dat twee derde van alle insecten verdween in nog geen dertig jaar. Zonder bloemen geen insecten, zonder insecten geen vogels.

Meer ruimte voor natuur buiten natuurgebieden

Met alleen het beschermen van natuurgebieden kunnen we de Nederlandse natuur niet redden. Want robuuste gebieden kunnen tegen een stootje, terwijl kleine gebiedjes al gauw flink te lijden hebben onder bijvoorbeeld extreme droogte. Natuurmonumenten zet zich daarom in voor een bloemrijker Nederland. Iedereen kan helpen om plek te maken voor wilde natuur: in parken en tuinen, op bedrijventerreinen of in agrarisch gebied. Natuurmonumenten vraagt grondeigenaren hun bermen, sloten, parken en akkerranden in te zaaien met wilde bloemen en minder vaak te maaien zodat insecten voedsel en bescherming kunnen vinden. Een groot deel van ons platteland wordt beheerd door boeren. 81% van de respondenten wil dat boeren beloond worden voor natuur- en landschapsvriendelijke maatregelen. Marc van den Tweel: "Onze samenwerking met Campina is daar een mooi voorbeeld van. Samen met boeren brengen we bloemrijke bermen en bloeiende weides terug. De boeren krijgen hiervoor extra betaald, terwijl bloemen en insecten meer ruimte krijgen."

Overheid als regisseur van het landschap

92% van de deelnemers aan de enquête vindt dat de overheid haar verantwoordelijkheid moet nemen als regisseur van het Nederlandse landschap. “Omdat we dan misschien tegen kunnen houden dat de natuur kwijt raakt,” antwoordt een kind op de vraag uit de OERRR-kinderenquête waarom het landschap moet worden beschermd. Van den Tweel: “In een landschap waar natuur onder druk staat en tegelijkertijd woningen, bedrijven, infrastructuur en energieopwekking om ruimte vragen, is zorgvuldige afstemming en inpassing nodig.”

Opwekken duurzame energie op de juiste plek

Ook respondenten geven het signaal dat zorgvuldige ruimtelijke inrichting nodig is. Ze vinden bijvoorbeeld dat er ruimte moet blijven voor het opwekken van duurzame energie. Maar dan wel op logische plekken. Deelnemers (ruim 90%) vinden daken van woningen en bedrijven geschikt voor zonnepanelen. Windmolens willen ze bij snelwegen, havens en bedrijventerreinen (88%). Natuurgebieden en kleinschalige landschappen vinden deelnemers ongeschikt voor het opwekken van duurzame energie.

Verkiezingen

Marc van den Tweel: “Provincies zijn verantwoordelijkheid voor natuur en landschap. Zij nemen besluiten over de toekomst van ons land. Op 20 maart zijn de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Dat is hét moment voor alle Nederlanders om te kiezen voor een groen en levend landschap.”

Paul Begijn
Paul Begijn