Brunssummerheide geliefd bij zeldzame nachtvlinders en micro’s
“We kunnen in 2020 maar liefst 60 nieuwe soorten aan onze lijst toevoegen!” Aldus een zeer enthousiaste Marcel Prick die samen met Jo Hermans sinds 2014 jaarlijks onderzoek doet naar macronachtvlinders en microvlinders. Hun onderzoeksgebied is de Brunssummerheide. “Dit grootste aaneengesloten heidegebied van Zuid-Limburg is een zeer gevarieerd natuurgebied en dat vertaalt zich ook in de rijkdom van allerlei planten en dieren waarin o.a. de nachtvlinders een zeer bijzondere plek in nemen.” Natuurmonumenten is blij met de tomeloze inzet van deze vrijwilligers Als beheerder van dit Natura2000-gebied krijgt zij door deze waarnemingen de onmisbare aanwijzingen voor het reeds uitgevoerde èn toekomstige natuurbeheer. (Foto: Gevlamde uil. Jo Hermans)
In het licht gevangen
“In totaal hebben we in 2020 op 14 avonden geïnventariseerd. Ook overdag is naar macronachtvlinders en (bladmijnen van) microvlinders gezocht. Bladmijnen zijn letterlijk graafplaatsen van rupsen in het blad van een boom of struik. De waarnemingen werden mogelijk doordat we in de avonduren de nachtvlinders lokten door opgespannen witte doeken beschenen met helder lampenlicht en lichtvallen. Of omdat we overdag gericht zochten naar de bladmijnen op voor sommige vlindersoorten kenmerkende bomen- of struiksoorten. Zo hebben we dit jaar maar liefst 1646 vlinderexemplaren geteld en 210 macro- en 182 microvlindersoorten kunnen determineren”, meldt Marcel trots.
Insecten in de knel
Het onderzoeken van deze waardevolle insectensoorten is een zeer specialistische manier van vrijwilligerswerk. In de afgelopen 7 jaren stelden Jo en Marcel gemiddeld zo’n 10 avonden per jaar hun lichtapparatuur op. Steeds opnieuw hopend op goed nachtvlinderweer maar ook op geschikte leefomstandigheden in het natuurgebied. Helaas herkennen zij de wereldwijde onderzoeksresultaten dat het overal heel slecht gaat met de aantallen en de soorten insecten in de natuur. Voor hun beperkte periode van 7 jaar onderzoek durven zij geen harde conclusies te trekken, maar toch bekruipt hen het gevoel dat er in deze zeven jaar sprake is van achteruitgang.
Nieuwe soorten
Jo Hermans is bezorgd maar ook onvermoeibaar: “Ondanks deze inspannende onderzoeken en zorgelijke resultaten worden we vaak genoeg blij van dit werk. Regelmatig worden we verrast omdat we zeer zeldzame of nieuwe soorten aantreffen. Ik trof dit jaar overdag een exemplaar van de zeer zeldzame en zeer lastig te determineren Tweelingbosrankspanner aan. Een andere bijzondere vondst is de zeldzame, kwetsbare Gevlamde Uil. Prachtige naam, prachtige tekening op de vleugels. Deze vonden we 2 jaar geleden voor het eerst op droge, verstoorde grond bij de paden in het heidegebied. Twee andere zeldzame soorten zijn de Gevlekte heispanner en de Late heide-uil, die typisch zijn voor heidegebieden. Het spotten van vlinders en deze dan ook nog kunnen herkennen is een prachtige belevenis.”
Onmisbare hulp
De vereniging Natuurmonumenten is blij met deze inzet van vrijwilligers als Jo, Marcel en vele anderen. Monitoring, werken in de natuur, gastheerschap, ledenvertegenwoordiging: zonder al die vrijwilligershulp was Natuurmonumenten nooit zo’n grote en gewaardeerde burgerbeweging geworden. Om op te komen voor de Nederlandse natuur en haar te beschermen en te behouden. Meer informatie: help-mee