Ga direct naar inhoud
Nieuws

Het geheim van drijvend land

17 juni 2021 | Olga Ekelenkamp

Voor onze nieuwe vlog ‘Natuurgeheimen van de Vechtplassen’ gaan Tamara en ik vandaag een filmpje opnemen in de Kortenhoefse Plassen. Bootje mee, laarzen aan, boterhammen, camera.. en varen maar! Laarzen lijken misschien nogal overbodig met dit prachtige weer, maar niets is minder waar. We gaan vandaag namelijk een tipje van de sluier oplichten van het geheim van verlanding. Simpel gezegd: in sommige plekken in de Vechtplassen kan water veranderen in land. Rara, hoe kan dat?

Trilveen

Onderweg naar de filmlocatie merk je aan alles dat het seizoen nu écht op het punt staat om in alle uitbundigheid los te barsten. We varen langs velden vol gele plomp met dikke gele knoppen. Een visdiefje jaagt boven het water, in het riet ratelt onafgebroken een snor, de kikkers kwaken en op de paaltjes rond een verloren legakker zitten twee aalscholvers. Beter gaat het niet worden vandaag!

We zijn op zoek naar een stukje trilveen om uit te leggen hoe bijzonder het is dat in de Vechtplassen water omgetoverd kan worden in land. Verlanding klinkt magisch.. en dat is het ook! De belangrijkste ingrediënten voor verlanding? Ten eerste: beschutte plekken in de petgaten. Dit zijn de smalle sloten die zijn ontstaan door de turfwinning. En je hebt kwelwater nodig: schoon grondwater dat onder druk aan de oppervlakte komt.

Verlanding begint wanneer er waterplanten gaan groeien op de luwe plekjes in de petgaten. De wortels van die waterplanten verweven zich met elkaar en omdat de wortels lucht bevatten ontstaat er een drijvende wortelmat. Die noemen we drijftil. Als de wortelmat dik genoeg is, gaan er ook andere planten op groeien en ontstaat er trilveen. Trilveen is drijvend land dat zich kan ontwikkelen tot vochtig hooiland of veenmosrietland. In een later stadium kunnen er ook boompjes als wilgen en elzen op groeien. En zo ontstaat langzaam een moerasbos.

In een tijdsbestek van tientallen jaren doorloopt de beschutte plek in een petgat verschillende stadia om uiteindelijk te eindigen als bos. En juist die stadia zijn héél belangrijk voor de biodiversiteit in de Vechtplassen. Elk stadium kent zijn eigen specifieke dieren en planten. Als we er dus voor zorgen dat alle stadia in de Vechtplassen voorkomen, dan kunnen we een leefgebied bieden aan heel veel verschillende soorten dieren en planten. Door overbemesting, stikstof en verdroging komt verlanding in Nederland bijna niet meer voor. Om dit natuurlijke proces tóch weer op gang te brengen verwijdert Natuurmonumenten de voedselrijke laag van hooilandjes en veenmosrietlanden, graven we petgaten uit en werken we mee aan de verbetering van de waterkwaliteit. 

Terug naar het trilveentje. In dit natte paradijs is stilstaan is geen optie, dan zakken mijn laarzen ver in de trillende en golvende bodem. Ik loop tussen het bloeiend waterdrieblad, ratelaars, moerasvaren, echte koekoeksbloem, wateraardbei en nog véél meer. In één oogopslag zie je hier de magie van de verlanding. Tegelijkertijd is ook meteen duidelijk dat we er alles aan moeten doen om dit natuurgeheim te koesteren om het te kunnen onthullen aan de volgende generaties.

 

Boswachter Olga Ekelenkamp
Olga Ekelenkamp