Bal in het bos met vuurvliegjes
Het kan zo ineens gebeuren. Je wandelt laat op een zomeravond, in de schemering, door het bos en ziet groene lichtjes tussen de bomen. Als je om je heen kijkt zie je er nog meer. Overal groene lichtjes. Nog een flinke beat erbij en je waant je op een dance-event. Na een half uur gaan de meeste lichtjes weer uit. Wat je gezien hebt? Vuurvliegjes. Om precies te zijn: kleine glimwormmannen.
)
Ook al worden ze vuurvliegjes genoemd, kleine glimwormen zijn kevers. Ze zijn ongeveer een centimeter groot. Eind juni, begin juli verzorgen ze het kleurige bal in het bos. Het duurt maar enkele weken. In die periode planten de kleine glimwormen zich voort. Mannetjes en vrouwtjes geven beide licht, maar alleen de mannetjes kunnen vliegen. De vrouwtjes zitten tussen struiken en boomstammen. Dankzij de lichtjes kunnen ze elkaar vinden.
Chemische reactie
Er zijn meer dieren die licht produceren, zoals zeevonk en veel dieren die op grote diepte in zeeën leven. Dat fenomeen heet bioluminescentie. Het is een chemische reactie waarbij een kleurstof en een enzym in aanraking komen met zuurstof. Bij de glimwormen ontstaat dan de felgroene kleur, andere soorten produceren rood of oranjegroen licht. De een doet het om zich te verstoppen, de ander om prooien of partners te lokken.
Lichtvervuiling
Een halve eeuw geleden waren die groene lichtjes van de kleine glimwormen nog op veel plaatsen in ons land te zien. Nu moet je ervoor naar Zuid-Limburg of het Rijk van Nijmegen. De aantallen zijn hard achteruitgegaan, vermoedelijk door het verdwijnen van geschikte leefgebieden. Wat mogelijk ook een rol speelt, is het verdwijnen van duisternis. Doordat bijna overal verlichting is, zien de mannetjes de lichtjes van de vrouwtjes niet meer.
