Ga direct naar inhoud
Nieuws

Werelderfgoed in de jungle

28 september 2021 | Olga Ekelenkamp

Ik ga op stand werken! Als ik weer een keer op ons kantoor op Fort Kijkuit kom, dan heb ik opeens een werkomgeving van wereldformaat. Hoe dat komt? Vorige week heeft het Werelderfgoedcomité besloten om de Nieuwe Hollandse Waterlinie de werelderfgoedstatus te verlenen. Samen met de Stelling van Amsterdam, die al sinds 1996 op de lijst van UNESCO Werelderfgoed staat, vormen ze dan de Hollandse Waterlinies. Voor Natuurmonumenten betekent de toekenning van UNESCO dat twee van onze forten in de Nieuwe Hollandse Waterlinie opeens wereldwijde erkenning krijgen: Fort Nieuwersluis en Fort Kijkuit.

Fort Hinderdam

Het is voor ons natuurlijk een enorme eer en een voorrecht om een aantal pareltjes van de Hollandse Waterlinies te mogen beheren en te behouden voor de verre toekomst. De forten in ons eigendom zijn stuk voor stuk imposante bouwwerken met een boeiende geschiedenis, maar ik heb toch één lieveling. Eentje met een dubbele werelderfgoedstatus!

Die lieveling ligt op een klein eilandje, verborgen tussen bomen en struiken en is ontoegankelijk voor het publiek. Het ligt op een plek waar klimplanten tot hoog in de kruin van de bomen groeien en hun lianen naar beneden laten bungelen. Het is er tropisch vochtig en broeierig, de talloze vogels zingen er om ’t hardst en ontelbare insecten scharrelen rond op de grond en op klamme boomstammen. Als het gaat om de locatie van mijn favoriete fort zou je eerder aan de tropische oerwouden van Mexico denken, dan aan onze eigen rivier de Vecht.  
Ik heb het over Fort Hinderdam. Vanaf dit fort kon men vroeger de kade en de beide oevers van de Vecht afsluiten en verdedigen. Vanwege de strategische ligging in de Vecht heeft Fort Hinderdam zowel bij de Nieuwe Hollandse Waterlinie als de Stelling van Amsterdam behoord. 

Mijn liefde voor Fort Hinderdam laaide weer flink op tijdens een bezoekje ter voorbereiding van onze fortensafari. Bij wijze van hoge uitzondering had ik het plan opgevat om hier een exclusieve rondleiding te organiseren in het kader van toeristisch themajaar ‘Ode aan het Landschap’. Deel van de charme van het fort is dat hier nooit iemand mag komen, maar als we dan wél een keer bezoekers gaan ontvangen, is er werk aan de winkel. Terwijl de beheervrijwilligers zich in het zweet werken om een pad te maken door de woestenij, zijn fortengidsen Maarten en Corné een ontdekkingstocht gestart. Omdat alles op het forteiland overwoekerd is, is het een enorme opgave om de oorspronkelijke gebouwen op het fort te vinden. Als een soort Indiana Jones zoeken ze driftig naar groepsschuilplaatsen en een kazemat. Ondertussen loop ik met een zaklamp rond in het bomvrij wachthuis. Het is er koud, klam en het is duidelijk dat hier al tijden niemand is geweest. Hoewel: de verstopte eieren in alle hoeken en gaten van het fort wijzen op de aanwezigheid van een boommarter. 

Het is bijna een wonder dat je in ons land, waar elke vierkante meter een planologische bestemming heeft, nog ergens kan zoeken naar bouwwerken en andere overblijfselen uit het verleden. En dat er een plek is, die -binnen bepaalde grenzen- wordt overgelaten aan de tand des tijds. Dat levert prachtig werelderfgoed op, dat zijn dubbele werelderfgoedstatus méér dan waard is. 

Boswachter Olga Ekelenkamp
Olga Ekelenkamp