Tijdens wandelingen vertelt Bas Worm graag over zijn passie: reewild. Zijn hand gaat omhoog, wijsvinger voor zijn mond en de groep luistert stilletjes naar zijn verhalen over het gedrag en uiterlijk van deze viervoeters. Hij is wilddeskundige en vrijwilliger bij Natuurmonumenten. Reewildwandelingen kunnen we niet organiseren. We delen nu de informatie in tien onderwerpen online. Hopelijk kunnen we in de nazomer weer met Bas mee wandelen. Kunnen we offline genieten van de online opgedane kennis.
Het Ree heet in het latijn ‘Capreolus capreolus’. Ze laten zich vaak zien in de vroege ochtend, bij zonsopkomst aan de bosranden, bij akkertjes of graslanden in rustige gebieden. Altijd alert, zodat ze direct naar een veilige, beschutte plek kunnen. Net voor zonsondergang heb je ook vaak de kans ze te spotten, ze verschijnen dan langs bosranden of in weilandjes om zich nog even tegoed te doen aan grassen en kruiden voordat de avond invalt.
Een mannetjesree noemen we de reebok, het vrouwtje de reegeit. Een jong van dit jaar heet een reekalf en als ze in een groep lopen noemen we dat een sprong. Maar er zijn ook nog termen zoals bastbok en jaarling. Deze verschillende namen verwijzen naar een andere leeftijdsfase en dus een ander uiterlijk. Pubers zien er bij ons immers ook anders uit dan peuters. Later hierover meer info.
Het achterwerk kenmerkt zich door een witgele vlek. Deze vlek heet de spiegel.
Reekalven hebben in de eerste weken van hun bestaan een wit-gevlekte vacht. Het ree heeft meestal een roodbruine vacht in de zomer en verhaart in de herfst naar een meer grijsbruine wintervacht. De holle haren in de wintervacht isoleren goed, waardoor de dieren goed de koude winter kunnen doorstaan. Soms zie je een zwart of – nog zeldzamer - een wit of gevlekt (‘bont’) exemplaar.
Misschien kunnen we in de nazomer de online verkregen informatie in de praktijk toetsen. Offline genieten. Wandelen met Bas Worm, genieten van de stilte in het Buurserzand en wachten tot hij zijn hand omhoog houdt, tuurt door zijn verrekijker en 'sssstttt....' zegt. Treffen we een Bambi of onze oude Rietschotbok?
Zodra de wandelingen weer starten, vind je op deze pagina alle informatie.
Je neemt vanaf Enschede de Haaksbergerstraat naar Haaksbergen (niet de N18!). Je rijdt door Usselo en ongeveer 3 km na Usselo sla je linksaf naar de Zonnebeekweg. Na 1,4 km gaat u rechtsaf nar de Oude Haaksbergerdijk en volgt u de borden naar parkeerplaats Molenbelt op het Buurserzand