Natuurmonumenten voorkomt dichtgroeiende vennen op Kampina
Bij verschillende vennen verwijdert Natuurmonumenten het alles overwoekerende pijpenstrootje en de sliblaag die ontstaat door vallend blad.
<p>“Stikstof is een soort meststof en deze zorgt ervoor dat het pijpenstrootje zich erg snel uitbreidt. Tussen het snelgroeiende gras groeien weer bomen en struiken , waardoor het ven langzaam maar zeker dichtgroeit en land wordt. Dit willen we graag voorkomen,” vertelt Hans Hofland, boswachter van Natuurmonumenten.</p>
<h3>Sliblaag op de bodem</h2>
<p>Langs de oevers staan behalve pijpenstrootje, ook veel riet, struiken en bomen waarvan de bladeren in het water vallen. “Deze bladeren verteren en vormen een dikke sliblaag op de bodem van het ven. Ze maken het water heel voedselrijk. Moerashertshooi, zonnedauw en snavelbies kunnen daar niet tegen en verdwijnen.”</p>
<h3>Vennen en oevers opschonen</h2>
<p>Natuurmonumenten maakt begint september de randen van het Glasven en Ansemven vrij, zodat er geen bladeren meer in het water vallen. Ook haalt Natuurmonumenten voor een groot deel de sliblaag weg. “Dit slib brengen we naar telers en landbouwers die het als extra voeding gebruiken voor hun gronden,” legt Hans uit. “De vennen komen er na deze werkzaamheden weer prachtig uit te zien.” De werkzaamheden voert Natuurmonumenten uit dankzij subsidie van Provincie Noord-Brabant.</p>
<h3>Zonnedauw</h2>
<p>De zonnedauw is één van de prachtige planten waar Natuurmonumenten de vennen en oevers voor opschoont. Dit vleesetende plantje is te herkennen aan haar rozerode kleur en de ‘dauwdruppeltjes’ op de steeltjes. Het is een kleverig lokstof waarmee ze insecten in de val lokt en opeet. “Juist daarom kunnen ze goed overleven op voedselarme plekken,” legt Hans uit. “Ze halen hun voedsel uit hun prooi in plaats van uit de grond.”</p>
<p><a href="/media_colorbox/19175/media_large/nl"></a></p>
<p>Een pechjuffer in de tentakels van de zonnedauw<strong>Fotograaf</strong>: Loes Belovics</p>