Ga direct naar inhoud
Nieuws

Steltloperonderzoek op Griend

09 september 2025 | Cynthia Borras

Een week lang zijn onderzoekers van het NIOZ bezig met het vangen en observeren van steltlopers. Dit doen ze om meer te weten te komen over de ecologie van de vogels: wat eten zij en welke leefgebieden gebruiken ze. Promovendus Evy Gobbens legt uit hoe de onderzoekers dat precies doen.

Zonsondergang op Griend

Vogels vangen

Met de warme zomerwind in mijn gezicht tuur ik de duisternis af. We varen met een kleine rubberboot over het spiegelgladde water. Zo kalm dat de sterrenhemel kraakhelder reflecteert. We zijn allemaal stil, onder de indruk van de prachtige Waddenzee, en vol gedachtes over wat deze week ons zal brengen. Bij mij in de boot zitten nog een aantal vogelonderzoekers van het NIOZ (Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee). Een aantal zeer ervaren collega’s, die al tientallen jaren lang dit werk doen, maar ook studenten die voor het eerst mee zijn. Wanneer het te ondiep wordt voor onze boot gooien we hem voor anker en lopen we in onze waadpakken door het pikkedonker naar het eiland. We splitsen op in twee kleine teams. Eerder vandaag hebben we verschillende rijen met mistnetten opgezet: netten die gespannen staan tussen palen, en wanneer vogels er tegen aan vliegen, zij in een soort kleine zakjes vallen en vastzitten. We bewegen ons zo stil mogelijk over Griend, we willen niets verstoren. Eenmaal bij ons “kamp” aangekomen ontmoeten we twee andere collega’s die op het eiland verblijven en een poosje eerder de netten al open hadden gezet. Nu is het een kwestie van wachten. De wulpen en tureluurs roepen luid om ons heen. Zouden ze zich al bewust zijn van onze aanwezigheid? Met onze nachtkijker turen we de nettenrijen en het wad af. Het opkomende water drukt de vogels steeds dichter in de buurt van onze netten. We hopen op vogels die tijdens hoogwater een plekje zoeken op de hoogwatervluchtplaatsen, die vliegen dan vlak langs de kust. We liggen stil tegen de duintjes op het strand te wachten tot er wat in onze netten vliegt. Als het eenmaal zover is bewegen we ons snel richting de netten. De helft van ons draagt kratten waar de vogels tijdelijk in gaan en de andere helft haalt de vogels uit het net. En dat laatste doen we puur op gevoel want we willen ’s nachts geen licht gebruiken. Mijn collega’s zijn razendsnel met de vogels uit het net losmaken, en dat is maar goed ook, want voor de vogels is dit natuurlijk geen pretje. Nadat alle vogels uit het net zijn gehaald lopen we met volle kratten terug naar het strand. Het is een succesvolle vangst: kanoeten, rosse grutto’s, tureluurs, bonte strandlopers, drieteenstrandlopers, krombekstrandlopers, steenlopers en zilverplevieren! 

Onderzoekers onderweg naar Griend vanaf het moederschip de Wim Wolff

Onderzoekers onderweg naar Griend vanaf het moederschip de Wim Wolff

Welke gebieden gebruiken ze? 

Nadat de poep is verzameld, worden de vogels geringd, opgemeten, en voorzien van een klein zendertje. Sinds een aantal jaar kunnen we vogels zeer nauwkeurig vogels via het WATLAS zender systeem (onder leiding van dr. Allert Bijleveld): www.nioz.nl/watlas. De lichtgewicht zendertjes zenden iedere 1 tot 8 seconde een signaal uit en gaan, afhankelijk van de grootte van de batterij, tussen de 5 weken en 9 maanden mee. De kleinste zenders wegen slechts 1 gram en zijn bedoelt voor de kleinste soort die we volgen: de bonte strandloper. Nog nergens ter wereld konden we bonte strandlopers zo nauwkeurig volgen als hier in de Waddenzee! En wat kunnen die vogels ons veel vertellen: ze laten zien waar ze heen gaan en hoelang ze daar blijven, welke plekken ze vermijden, de timing van migratie (als het een individu is die vertrekt uit de Waddenzee, want sommigen blijven de hele winter), maar ook hun algemene gedrag. Zo heb je individuen die bijvoorbeeld heel veel “exploreren” van de Waddenzee, en individuen die veel kortere afstanden afleggen. Ze laten ons ook zien dat Griend de echte hotspot is voor veel steltlopers. Het wad rondom Griend is zo rijk aan voedsel dat veel vogels hier dag in dag uit blijven foerageren. Met al deze kennis kunnen we goed in kaart brengen welke gebieden nog meer belangrijk zijn voor welke soorten. Zo hebben de bonte strandlopers ons laten zien dat zij in plekken selecteren waar veel zeeduizendpoten zitten. Rosse grutto’s selecteren juist plekken met veel wadpieren en slijkgarnaaltjes, en kanoeten selecteren niet per se plekken met de meeste kokkels, maar juist met een specifiek formaat kokkel die goed te verteren zijn en waar genoeg energie uit te halen is voor ze. Wat zit de natuur toch slim in elkaar! En hoe handig is het, dat wij die vogels zo op afstand kunnen volgen. En die zendertjes.. die vallen er na de eerste rui weer vanzelf vanaf. Via terugvangsten weten we dat er op de plek waar de zender was bevestigd helemaal niets meer te zien is! 

Kanoet

Kanoet (Calidris canutus)

Zeespiegelstijging 

Waarom we dit allemaal willen weten? Natuurlijk omdat het mega interessant is hoe die vogels leven en om een kijkje in hun wereld te kunnen nemen! Maar ook omdat de Waddenzee helaas onder veel druk staat. Eén van die factoren is klimaatverandering, met name zeespiegelstijging. Omdat de wadplaten zo vlak zijn, kan een paar centimeter zeespiegelstijging er al voor zorgen dat sommige delen permanent onder water komen te staan. We werken samen met geomorfologen die modelleren hoe de Waddenzee gaat veranderen wanneer de zeespiegel stijgt. We werken ook samen met experts op het gebied van de bodemdieren, de prooidieren van steltlopers. Om goed voorspellingen te kunnen doen over hoe de toekomst er voor steltlopers uit ziet, moeten we eerst goed begrijpen wat de vogels in het hier en nu doen. Welke leefgebieden zijn nu essentieel voor steltlopers en wat gaat er dan met die gebieden gebeuren in de toekomst wanneer de zeespiegel stijgt? Is er hoop dat er eventueel andere gebieden binnen de Waddenzee gebruikt kunnen worden in de toekomst? Dit zijn allemaal vragen waar we ons dagelijks mee bezig houden en waarvoor we dus deze vogels moeten vangen en volgen. 

Even terug naar Griend, waar het zich allemaal afspeelt. Wanneer we de vogels hebben geringd, opgemeten, en voorzien van een zender, kunnen we ze weer vrijlaten. En dat gaat altijd gepaard met een bijzondere sfeer.  We openen de kratten en laten de vogels er rustig uit lopen. We zijn dankbaar voor de vogels, want uiteindelijk zijn zij het die hun verhaal gaan vertellen. Deze kleine individuen, waarvan sommigen slechts 40 gram wegen, zullen ons binnen een paar maanden laten zien wat hun soort nodig heeft om te overleven in de toekomst. Wij onderzoekers zijn enkel de vertalers. 

Tekst: Evy Gobbens

Cynthia Borras
Cynthia Borras