Honden in de Vechtplassen
Niets is zo fijn voor een hond (én voor de baas) om lekker te ravotten in de natuur. Achter geurtjes aan in het riet of het bos, zwemmen, graven of langs de oever rennen. In veel natuurgebieden is dat lang niet altijd mogelijk: honden zijn daar alleen aangelijnd welkom of mogen het gebied helemaal niet in. Het is niet altijd duidelijk waarom honden niet mogen loslopen in de natuur of waarom sommige gebieden niet toegankelijk zijn voor honden. Dat leggen we graag uit!
Verstoring door honden
Honden verstoren de wilde dieren in onze natuurgebieden. Dat geldt niet alleen voor loslopende honden, maar -in mindere mate- óók voor honden aan de lijn. Mensen zónder hond veroorzaken minder verstoring dan mensen mét honden. Waar mogelijk staat Natuurmonumenten toch toe dat hondeneigenaren met hun viervoeter de natuur in kunnen. Vaak is dat onder de voorwaarde dat de hond wordt aangelijnd. Op sommige plekken mogen honden echter los lopen.
Aangelijnde honden zijn meer voorspelbaar
Eén van de redenen waarom honden aan de lijn minder verstoring veroorzaken is hun redelijke voorspelbaarheid. Reeën, dassen, hazen, muizen en vogels wennen aan het feit dat er op een wandelpad af en toe een hond langskomt. Ze merken ook dat deze honden slechts een beperkte actieradius hebben. Niet alle dieren wennen echter aan de aanwezigheid van honden, ook niet als ze aangelijnd zijn. Moerasvogels als de roerdomp, purperreiger en zwarte stern zijn heel verstoringsgevoelig. Rietvogels als de kleine karekiet en de rietzanger laten zich minder snel wegjagen.
Leefgebied dieren kleiner door loslopende honden
Voor wilde dieren zijn loslopende honden zeer onvoorspelbaar. Ze duiken het riet of het bos in, springen in het water of rennen langs oevers. Zo verjagen ze reeën, hazen, konijnen, muizen, dassen en vogels naar een andere plek in het natuurgebied. Soms komen deze wilde dieren terug als de hond voorbij is, maar is de verstoring structureel, dan zoeken ze een territorium op een andere locatie in het natuurgebied. Op deze manier wordt het leefgebied van de wilde dieren steeds kleiner, terwijl hun leefgebied al zeer klein en versnipperd is. En als dieren in beschermde Natura 2000-gebieden al geen rustplek kunnen vinden, waar dan wel?
Wilde dieren op de vlucht
Alle honden hebben een jachtinstinct. Als een hond ‘wild’ ruikt, wordt dat instinct geprikkeld en wil de hond het dier dat hij ruikt opsporen. Bijna alle dieren in de natuur zijn bang voor honden. Niet vreemd: ze herkennen een roofdier in ons huisdier. Dat geldt óók voor honden die ‘niets doen’. Komt een hond te dicht in de buurt, dan schrikken de dieren op en vluchten ze weg. Reeën, hazen, dassen en andere zoogdieren raken snel in paniek van honden. Ze slaan op de vlucht wanneer ze zich bedreigd voelen door een hond. Alleen de geur van de hond kan daarbij al genoeg zijn. Soms lopen ze zich letterlijk dood op wegen of tegen prikkeldraad. Ook worden er jaarlijkse meerdere reeën, reekalfjes en andere dieren verwond of doodgebeten door jagende honden.
Veel vogels zoeken hun voedsel op de grond. Door verstoring van een hond moeten ze opvliegen. Constante verstoring veroorzaakt chronische stress: de vogels eten minder en het kost ook nog eens veel energie om steeds weg te moeten vliegen. Als dit vaak gebeurd worden de vogels zwakker. Zwakkere dieren zijn minder goed in staat om hun jongen te voeren, te alarmeren en hun kuikens te beschermen bij gevaar. Een ander gevolg: ze gaan minder eieren leggen. Met als gevolg dat er minder jonge vogels worden geboren. Daarnaast nestelen sommige vogels op de grond. Bijvoorbeeld de fazant en de houtsnip. Op het moment dat ze te vaak verstoord worden, vluchten ze het gebied uit en laten hun nest onbeheerd achter. Eieren of jonge kuikens zijn dan een makkelijke prooi voor andere dieren.
Broedseizoen
In het broedseizoen zijn wilde dieren extra gevoelig voor verstoring en extra kwetsbaar voor loslopende honden. Onder meer reekalfjes, jonge hazen en kuikens van grondbroedende vogels worden op de grond groot gebracht. Loslopende honden vormen een groot gevaar voor deze jonge dieren en hun ouders.
Met de hond in de Vechtplassen wandelen
Waar mag je met een aangelijnde hond wandelen in de Vechtplassen?
- Wandelroute Kromme Rade - Oppad (losloopgebied aanwezig)
- Ankeveense Plassen: het is mogelijk om op de Dammerkade, Googpad en Bergse Pad met aangelijnde honden te lopen. Op een deel van de route mag de hond los lopen.
Waar mag je de hond los laten lopen in de Vechtplassen?
Waar is de hond niet welkom?
- Wandelroute Vredevoetpad
- Wandelroute Botshol
- Wandelroute Waverhoek
- Wandelroute Ankeveense Plassen (een deel van de route -het Verlengde Bergse Pad- is niet toegankelijk voor honden. Het is mogelijk om de wandeling te verkorten, zodat de hond wél mee kan)