Dwergganzen zijn weer terug bij Natuurmonumenten om te overwinteren in de Harger- en Pettemerpolder.
De dwergganzen die nu in de Harger- en Pettemerpolder verblijven, broeden in Zweden. Omdat de ganzen met uitsterven werden bedreigd, is daar in de jaren ‘80 een herintroductieprogramma gestart. Eieren van dwergganzen werden uitgebroed door brandganzen. De jonge dwergganzen vlogen met de brandganzen mee naar Nederland om te overwinteren. Nu keren de inmiddels oudere vogels als familiegroepjes bijna elk jaar terug in Nederland, waar ze afwisselend verblijven nabij Strijen in Zuid-Holland en de Harger- en Pettemerpolder. De wereldpopulatie bedraagt tussen de 16.000 en 27.000 exemplaren; het merendeel broedt op de toendra’s in Siberië. De Europese populatie is sterk afgenomen.
Enkele dwergganzen dragen een zender. Dankzij deze zenders wordt steeds meer informatie over de dwergganzen verzameld. Bijvoorbeeld dat ze ‘s nachts slapen in het Zwanenwater. Het overwinteren in de Harger- en Pettmerpolder doen de dwergganzen van begin januari tot half maart.
De uitgestrekte Harger- en Pettemerpolder is beroemd vanwege het drukke vliegverkeer het hele jaar door. Klik hier voor meer informatie over de Harger- en Pettemerpolder. De slaapplek van de dwergganzen is het Zwanenwater. Een natuurgebied in topvorm in de duinen bij Callantsoog.
(foto: Eric Menkveld)