Het gebied is vrij smal, daarom ook de naam 'De Tip' vermoed ik. 'Klein maar fijn' is hier van toepassing. Door de verschillende paden heb je het idee in een uitgestrekt bos te zijn. Bovendien is het heel erg afwisselend. Je vindt er veel naaldbomen maar ook dikke oude beuken met felgroene varens aan de voeten.
Boswachter van dit gebied
Het is een bosgebied met veel verschillende soorten bomen en struiken. De variatie tussen naald- en loofbomen maakt dat heel veel planten en dieren zich hier thuisvoelen. Met een beetje geluk heb je een ontmoeting met een ree of boommarter. Of tref je in de oude bomen holenbroeders als specht of holenduif. In de zomer vindt je hier ook veel heidelibellen op de zonnige plekjes langs de paden.
Op de paden kan je in de herfst de draadknotszwam tegenkomen. Deze slanke paddenstoel ziet eruit alsof er haren uit de grond komen groeien.